De refugiehuizen in 's-Hertogenbosch waren een merkwaardig soort klooster. Ze hadden enkel die functie tijdens roerige tijden, als de kloosterlingen die werkzaam waren in de dorpen van de Meierij rondom 's-Hertogenbosch, naar een veilige stad vluchtten. Vooral ten tijde van de Gelderse Oorlogen, rond 1500, toen Maarten van Rossum met zijn troepen rondtrok, werden deze refugiehuizen gebouwd. De naam was ontleend aan het Franse woord refugé, dat 'vluchteling' betekent. Een aantal kloosters had zo'n toevluchtsoord, refigiehuis, in Den Bosch. Er zijn nog twee (eigenlijk anderhalf!) van deze panden over: het refugiehuis van het Eindhovense klooster Mariënhage aan de Korte Tolbrugstraat en dat van het klooster Sint-Geertrui te Leuven aan de Spinhuiswal/Sint-Jorisstraat.
Over dit laatste pand gaat ons verhaal.Petrus Was is in 1474 geboren als de zoon van de burgemeester van Brussel, de hoofdstad van het hertogdom Brabant. Hij trad in het klooster Sint-Geertrui te Leuven in. Hij werd in het begin van de 16e eeuw zelfs abt van dit klooster. Hij zou overlijden op 14 februari 1553; hij was toen pastoor in Oisterwijk.
Petrus Was bouwde toen een refugiehuis in 's-Hertogenbosch ten behoeve van de kloosterlingen van deze abdij. Het was groter dan wat wij nu onder het refugiehuis verstaan. Ruim een eeuw nadat het gebouwd was, werd 's-Hertogenbosch door Frederik Hendrik ingenomen. Terwijl alle andere priesters moesten vluchten en hun bezit geconfisceerd werd, gebeurde dit niet met het refugiehuis; het was adelijk buitenlands bezit! In het pand bleef de rentmeester van de abdij (die de overige abdijgoederen in het noorden bestuurde) wonen. Pas in 1767 werd het gebouw verkocht.
In 1794, toen de Fransen 's-Hertogenbosch belegerden, werd de stad hevig gebombardeerd. Het voormalig refugiehuis werd getroffen en brandde voor de helft af. In het overgebleven deel vestigde zich in 1838 Christoffel Lutkie die er een handel in boeken, kantoor- en schrijfbehoeften begon. Hij was de grondlegger van het latere bedrijf Lutkie & Cranenburg en de Zuid Nederlandse Drukkerij. Dit pand werd rond 1935 aangekocht door de gemeente 's-Hertogenbosch en gerestaureerd. Nu is het in gebruik bij De Artistieke Schuit.
Terug naar de gevelsteen van Petrus Was. In 1871 breidde de gevangenis zich uit. Bij grondwerkzaamheden werd een steen gevonden met daarop een wapen. Niemand wist toen van wie dit wapen was. De steen werd ondergebracht in het museum. Toen echter de Gemeentelijke Sociale Dienst zich in het pand aan de Kruisstraat-Doode Nieuwstraat vestigde, werd een aantal gevelstenen uit het gemeentelijk bezit in een van de muren gemetseld. Het binnenterrein van de Sociale Dienst aan de Doode Nieuwstraat oplopend, kunt u deze verzameling gevelstenen aan uw linkerhand zien. Daarbij bevindt zich ook de steen met het wapen van Petrus Was. Zou kunnen krijgen in het resterende deel van 'zijn' refugiehuis aan de Spinhuiswal?
|
1942 |
L.J.C. van WoerkomPetrus Was als bouwheer van het Refugiehuis van Sint GeertruiHandelingen van het Provinciaal Genootschap (1942) 65-73 |
|
1985 |
Henny MolhuysenOe gotte kčk daor : Petrus WasBrabants Dagblad donderdag 7 februari 1985 |
Encyclopedie van Noord-Brabant 4 (1986) 303
Henk Henkes, Van den Raethuys tot Stadhuis (2016) 9, 103, 208
L. van de Meerendonk, Tussen reformatie en contra-reformatie IX (1967) 57
A.F.O. van Sasse van Ysselt, De voorname huizen en gebouwen van 's-Hertogenbosch (1910) I. 411